Voelen doe je met je lijf

‘Ik was misselijk en duizelig en moest van mijn fiets afstappen zo ellendig voelde ik me. Ik realiseerde me dat ik boos was en dat het zich zo bij mij manifesteerde’, aldus een goeie vriendin laatst.

‘Het voelde alsof ik met een mes van mijn buik tot aan mijn hals werd opengereten, zo’n pijn voelde ik’, een citaat van een weduwe uit een filmpje over rouw en verdriet.

Het is alsof er een zware steen op mijn borst ligt, waardoor ik niet goed kan ademhalen, alsof er een zwaar gewicht aan mijn voeten hangt, zo moe ben ik, alsof mijn tong drie keer zo dik is, zo moeilijk krijg ik een woord uit mijn mond‘, een beschrijving van iemand die depressief is.

Emoties voelen doe je blijkbaar met je lijf. Alle uitdrukkingen in onze taal ten spijt dacht ik lang dat emoties zich ergens anders afspeelden dan in mijn lichaam. Emoties zijn immers ‘geestelijk’, iets van de psyche, dus dat is een andere dan een fysieke ervaring.

Iets ligt als een steen op de maag, het komt je de strot uit, het lood in de schoenen hebben, een waas voor de ogen hebben, ergens de buik vol van hebben, niet lekker in je vel zitten, wie er meer uitdrukkingen paraat heeft mag het zeggen. Waar kunnen we anders mee voelen dan met ons lichaam? Het is het enige instrument dat ons in staat stelt te beschrijven én te signaleren wat er met ons gebeurt. Je lichaam vertelt je feilloos wat je gevoelens zijn.

Andersom is het natuurlijk niet zo dat iedere lichamelijke sensatie eigenlijk een verborgen emotie is. Voor mij was het echter een verbijsterende ontdekking dat gevoel en ervaring zo fysiek en lijfelijk zijn. Dat depressie ook voelt als een stevige griep, dat boosheid zich kan uiten in verlamming, duizelingen, misselijkheid, dat verdriet als een pijnlijke bonk in je borstkas klopt waar je letterlijk benauwd van kan zijn.

Waarom ik dit schrijf? Omdat, anders dan bij werkelijk lichamelijke aandoeningen, erover praten een enorme (tijdelijk, maar toch)verlichting van de ervaren pijn kan geven. Puur het kunnen delen met een ander van datgene wat je ervaart kan de mate van pijn verlichten. Dat is het verschil met ‘echte’ maagpijn, hartfalen, benauwdheid en andere ziektes. Dan zal praten niet helpen. Beter om naar de dokter gaan.

Maar die andere pijn, die moet gedeeld. Geef daarom mensen met verdriet, pijn, boosheid over geleden onrecht of depressie de ruimte om te vertellen. Gewoon. Dat. Ruimte, belangstelling en een luisterend oor. Oplossingen zijn niet direct nodig. Praat zelf maar niet teveel, maar als je het kunt, geef iemand ruimte en aandacht. Het maakt verschil, echt!

Ook dat voel je met je lijf.

Schaduwkind – P.F. Thomese

Gisteren heb ik het boekje van  P.F.Thomese gelezen over het sterven van zijn dochtertje. Schaduwkind. In de taal probeert hij het leven en het sterven van zijn kind vast te houden en tegelijk los te laten. Het is geen makkelijk boek. Geen sentimentele tranentrekker. Juist daarom zo aangrijpend. De vreselijke pijn om alles wat er niet is. De rouw om wat er nooit was, nooit zal komen. Hoe kun je de kus missen van een meisje dat jou nooit gekust heeft? Hoe kun je de klank missen van een stem die nooit gesproken heeft. Het onuitsprekelijke en tegelijk alleen in taal te vatten verdriet van een ouder die een kind aan de dood verliest. De explosie van de geboorte en het zachte zuchtje waarmee ze uiteindelijk sterft. Het is hartverscheurend als je leest hoe zijn vrouw het kindje klaar maakt na het sterven. Hoe ze het kindje in hun armen nemen om afscheid te nemen. Ik weet niet hoe lang het meisje geleefd heeft, in ieder geval een paar maanden, waarna het sterft aan een niet-functionerende lever.

Veel is herkenbaar voor wie een ernstige, aangrijpende gebeurtenis heeft meegemaakt. Vooral de beschrijving hoe je niet meer past in de wereld van ervoor.

Een indrukwekkend boekje wat je een aantal dagen niet loslaat!

citaat‘: Een vrouw die haar man begraaft, wordt weduwe genoemd, een man die zonder zijn vrouw achterblijft, weduwnaar. Een kind zonder ouders is wees. Maar hoe heten vader en moeder van een gestorven kind? ‘