De lucht is staalblauw. De lentetooi van de bomen waar we tussen lopen is tegen die achtergrond nog feller, zinderend groen. Het bospad slingert en komt uit op een open plek. Er staat een eenvoudig monument met daarop de geschiedenis van wat zich hier afspeelde. Onder mijn voeten zanderige grond, bedekt met naalden en bladeren van de vorige herfst. Het ruikt zo sterk naar bos, oude grond en nieuwe bloei dat het me de adem beneemt.

Toch, deze open plek, nu vol nieuwe groei en aanplant, blijkt een dodengrond. Precies op deze plek staan op 16 oktober 1942 vijftien mannen. Tussen de 30 en de 50 jaar. Het is dan rond de 13 graden, normaal voor de tijd van het jaar. Heel af en toe laat de zon zich zien. Die dag is het droog maar de dagen ervoor was er regen gevallen. Ik ruik de geur van het vochtige bos.
We staan op een plek in het bos op het landgoed Den Treek-Henschoten. Een groot landgoed tussen Woudenberg en Amersfoort in particulier bezit van de familie de Beaufort. Prachtig gebied om te wandelen, fietsen of paardrijden. We lopen er zaterdagmiddag, Bevrijdingsdag, en genieten van de natuur. We stuiten op een bord dat verwijst naar een monument even verderop. We volgen de aanwijzing en arriveren op de stille, open plek. En op dat moment krijgt de omgeving een andere lading. Hier zijn mensen bruut vermoord. Hier hebben mensen voor het laatst de doordringende bosgeur ingeademd, de vogels horen zingen, modderige bosgrond geroken toen ze erdoor heen werden gejaagd, op weg naar hun dood.
Ik hoor de honden blaffen, de schreeuwende bevelen, het geluid van vrachtwagens die de gevangenen afleveren. Ik zie de gezichten van die vijftien mannen. Angst, ongeloof, gelatenheid? Twaalf verzetsmensen en drie gijzelaars lees ik op het bord bij het monument. Als vergeldingsactie voor het verzet tegen de Nazi’s worden ze hier vermoord.
Eerst komt er een vrachtauto uit kamp Amersfoort. De mannen stappen uit en worden opgewacht door dertig Duitse soldaten. Ze worden direct gefusilleerd. Vervolgens arriveert de tweede truck met de rest van de gevangenen. Voor hen moet het nog afschuwelijker zijn geweest. Als er nog onzekerheid was over het doel van de reis dan is die bij aankomst direct verdwenen. Er liggen zes lijken. Het is onafwendbaar, de dood is nog maar een paar seconden van hen verwijdert. Ook deze mannen worden onmiddellijk doodgeschoten. En ter plekke begraven. Na de oorlog wordt het massagraf gevonden en krijgen de mannen, na identificatie aan de hand van gevonden persoonlijke spullen, alsnog een waardige begrafenis. Op deze site is het hele verhaal te lezen.
Opgehaald uit kamp Amersfoort (politieke gevangenen) en st. Michielsgestel, waar gijzelaars uit het hele land waren geïnterneerd. (Waaronder ook mijn opa, van moederskant. Actief in politiek en maatschappelijke organisaties in Schiedam is hij met vele anderen op 4 mei 1942 om zes uur ’s ochtends van zijn bed gelicht en nog dezelfde dag naar st. Michielsgestel gebracht. Vanuit dit kamp worden in augustus en later dus, op 16 oktober, in totaal zes mensen doodgeschoten).
Mijn grootvader heeft in de periode dat hij geïnterneerd zat in St. Michielsgestel een dagboekje bijgehouden. Ik kreeg daaruit de indruk dat het daar wel meeviel. Men had relatief veel vrijheid om de dagen door te brengen zoals men wilde. Er werd van alles georganiseerd door de gevangenen aan lezingen en muziek. Maar in augustus werden de eersten opgehaald om vermoord te worden. Toen bleek dat het de Duitsers menens was. En nu met dit verhaal van deze executies realiseer ik me dat er een enorme spanning en onzekerheid geheerst moet hebben.
Ik zal nog een blog wijden aan mijn herinneringen over deze ervaring van mijn grootvader. Ik heb hem helaas niet gekend, maar veel gehoord in de verhalen over hem van mijn moeder.



Hier is een uitzending te zien van Andere Tijden over het gijzelaarskamp st.Michelsgestel