ziekenhuis of dormicon?

Even een snelle update over de gezondheidssituatie van mijn moeder. Maandagochtend landden we op Schiphol, om 8 uur ’s ochtends, na een snelle vlucht uit Boston. Wind mee. dus binnen 6 uur in Nederland!

Niet lang nadat we thuis gekomen waren belde Ed, mijn broer. Hij was gebeld door de verpleeghuisarts over mijn moeder, haar gezondheid was de laatste weken sterk verslechterd. Ze was ernstig uitgedroogd vanwege veel te hoge suikers (boven de 20) en het leek erop dat ze het niet meer ging trekken. Ze was verward, at slecht, dronk te weinig etc. Wat wilde de familie. Een opname leek onvermijdelijk om haar insuline weer goed in te stellen en verder had ze andere symptomen die op Parkinson leken. Ook dat zou onderzocht moeten worden. Wilden wij nog een ziekenhuisopname? Zo niet, dan moesten we er mee rekenen dat moeders niet langer dan twee weken te leven had. De arts stelde voor om in het laatste geval te starten met Dormicon, een sedatiemiddel. Niet een bespoediging van het einde, maar een manier om haar in een soort slaaptoestand te brengen, zodat ze niet bewust zou lijden.
Bàm, ik ben met een klap weer terug in de werkelijkheid van alledag, die minder zonnig is dan de tien vrolijke dagen in de VS.

Wat te doen. Eerst maar overleggen als familie. Ziekenhuis was al direct voor ons alle vier geen optie. Al het spuiten en prikken en porren wilden we moeders niet meer aandoen. Een fragiel mens van 89 jaar, met adertjes zo dun als zijden draadjes,  overgevoelige spieren en botten, die willen we niet meer onderwerpen aan naalden en infusen en wat dies meer zij. Als het lichaam niet meer wil, dan mag ze gaan voor ons.

Maar gelijk aan de Dormicon? Dat was wel weer erg drastisch! Wat was er eigenlijk aan de hand? Heeft ze niet weer gewoon een blaasontsteking, opperde een van ons. De chronische kwaal die haar in toenemende mate ernstig ziek maakt. Zo zelfs dat omstanders denken dat ze stervende is en alle levenslust kwijt is. Dat í­s ook zo, maar een antibiotica kuur doet letterlijk wonderen. Na twee dagen eet en drinkt ze weer  en is de doodsblik in haar ogen verdwenen.

Dit brachten we in het gesprek met de arts vervolgens naar voren. Die was niet overtuigd. In zijn blik schemerde door dat hij meende te maken te hebben met kinderen van een hoogbejaarde vrouw die hun moeder niet los willen laten. Anti-biotica had geen zin, want ze kon niet meer slikken, dan moesten ze spuiten dat was pijnlijk, dat wilden we haar niet aandoen enz. enz. Ook de uitdroging konden we daar niet mee bestrijden. Echt, leek hij te zeggen, als medicus ben ik van oordeel het is óf opname, óf sterven. Ziekenhuiskwelling of de zachte omhelzing van de Dormicon.

Alle drie hadden we er geen goed gevoel bij. Vrijwel alle symptomen, die ook door de verzorgster van mijn moeder werden genoemd ter ondersteuning van de diagnose van de arts, herkenden wij als symptomen van een blaasontsteking. Maar ja, wie is hier de medicus??

Toch besloten om de uiteindelijke beslissing uit te stellen tot de volgende dag. Dat was de uiterlijke termijn, anders zou, aldus de arts, ook een opname weinig zin meer hebben.

Die nacht heb ik slecht geslapen en niet alleen vanwege de jetlag. Wat was juist? Als familie voelden we er sterk voor om toch de antibioticakuur te proberen. Maar zou Ma dan meer lijden? Zou de Dormicon niet beter zijn? Ze had al zoveel verdriet daar in dat huis, was al zo somber. Haar enige afleiding was eigenlijk het eten wat ze met smaak deed en nu was dat er ook niet meer. Moesten we haar dan toch nog kwellen met zo’n kuurtje? Ik heb wat afgewoeld en gebeden! Uiteindelijk heb ik het in mijn gebed zo verwoord: Wilt U alstublieft die beslissing ons uit handen nemen, Heer. Een moeder moet, als het zover is, ‘gewoon’ ziek worden en overlijden. Ik wil daar geen beslissingen in hoeven nemen…

De volgende dag weer naar Schiedam. Hoe zou ik haar aantreffen?? Wie schetst mijn verbazing wanneer ik haar op haar eigen plek, aan het hoofd van de tafel (wel in een rolstoel nu) aantref. Haar haar vers gepermanent, netjes in de kleren, schort voor, in afwachting van de maaltijd. Ze eet haar bord leeg, drinkt een beker met karnemelk.  Pilletje met water gaat ook naar binnen.  Over welke vrouw had die arts het gisteren eigenlijk?? Mijn moeder?

Ik geef onze beslissing door aan de verzorging om toch een anti-biotica kuur te starten. Ik krijg de mededeling dat de arts me zo nog spreken wil.
Als ik hem zie zit hij met een enigzins ongelovig gezicht naar een papier met bloeduitslagen te kijken. Tja, het is een raadsel maar moeder is niet zo uitgedroogd als hij dacht. En ja, er is een infectie,  wellicht (!) een blaasontsteking….En de gemiddelde suikerwaarden vallen in feite mee…Hij kon zich niet voorstellen dat Ma dezelfde vrouw was vandaag als de vrouw die hij 2 dagen daarvoor had gezien.

Mijn eerste gedachte was: God heeft de beslissing  ons uit handen genomen.  Mijn ABC  mag stoppen bij simpele letters als de A en B van antibiotica en blaasontsteking. Ik hoef de D van dormicon en dood nog niet te oefenen!

Mijn tweede gedachte was, heeft die man niet al te snel alarm geslagen? Werkt hij soms automatisch een scenario af, wat hij ongetwijfeld iedere dag moet doen met hoogbejaarde demente ouderen?  Heeft hij te snel conclusies getrokken op grond van  observatie zonder te wachten op uitslagen van bloed?
Maar, secundair als ik ben en confrontatie-mijdend, dacht ik die laatste gedachtes pas op de terugweg in de auto…

Hoe het verder loopt is afwachten. Mijn moeders lichaam is broos en versleten. De suikers zijn nog te hoog en wie weet wat er nog meer allemaal mis is.

Iets anders wat ik in de nacht van dinsdag op woensdag gedaan heb is psalm 84 gelezen, mijn moeders favoriete psalm die ze op haar begrafenis gezongen wil hebben.  In de oude berijming: Want God de Heer zo goed en mild, is ’t allen tijd een Zon en Schild, Hij zal genade en eer bewijzen. Hij zal ons ’t goede niet in nood onthouden, zelfs niet in de dood.

In dat geloof heeft ze altijd geleefd en zo zal ze ook mogen sterven. Op Gods tijd, gelukkig!

moeder ligt in het ziekenhuis

Vandaag uren op de eerste hulp van ziekenhuis in Dordt gezeten. Mijn moeder dronk zeer slecht en kon geen medicijnen meer slikken terwijl ze anti-biotica moest hebben vanwege een urineweginfectie. Een opname was dus onvermijdelijk. Eenmaal in het ziekenhuis blijkt ze heel erg uitgedroogd en een extreem hoge suikerwaarde te hebben (31!) Geen wonder dat ze zich zo ellendig voelt.

Vreselijk bij al die onderzoeken te moeten toekijken!! Die magere armpjes, met bloedvaatjes als spinnewebben en dan maar prikken voor bloed. Een keer hier, een keer daar, zonder veel resultaat. Infuus raakt verstopt, moet er uit en dan er weer in, aan de andere hand. Nou ja, gelukkig was ik met mijn zus Thea en die is wat flinker dan ik, dus af en toe ging ik maar naar de gang!

Om 13.00 uur waren we bij de 1e hulp en om 18.45 lag moeders op geriatrie en was alles getekend en gedaan en zijn we, met moeite, weg gegaan.

Het meest vervreemdende was om een niet-reanimatie/ICT beleid te kiezen. Maar na de urenlange kwelling van al die naalden had ik daar wel vrede mee.

Verpleegtehuis (alleen voor gevorderden)

Goed, het was zover, mijn moeder moest op de wachtlijst van een verpleegtehuis. Na grondige research (geen pluim voor de beveiliging van verpleegtehuizen overigens: mijn broer kon overal zonder moeite op de gesloten afdeling komen, door met een stalen gezicht  langs de receptie te lopen, het trappenhuis in…) –

OK, na vergelijkend onderzoek een tehuis gekozen: In Schiedam, een viersterrenhotel onder de tehuizen. Direct gebeld met het tehuis in Den Haag waar Ma al ingeschreven stond, om haar van die lijst af te halen en het verzoek: stuur haar indicatiestelling terug naar plaats van herkomst, Dordrecht. Hoofd administratie verzorgingstehuis in Dordrecht gebeld: stuur indicatiestelling opnieuw door naar zorgkantoor Dordrecht, zorgkantoor Dordrecht gebeld: het wordt een tehuis in Schiedam. Stuur indicatie door naar zorgkantoor Schiedam. Leve de bureaucratie, waarom makkelijk doen, als het moeilijk kan?

Na 5 weken ff checken, blijkt niemand in zowel het tehuis in Schiedam of het zorgkantoor aldaar te weten wie Ma is. Dordt: ja hoor die gegevens zijn verstuurd. Schiedam: niet aangekomen. 4 dagen lang heen en weer bellen: Dordt: verstuurd. Schiedam: niet aangekomen.

Hoe zo niet aangekomen?? Als ik iets met de computer verstuur is het er in 1 uur !!! Wat zijn dit voor geheime codes??
Het wordt me haarfijn uitgelegd, maar ik snap er nog steeds geen hout van. Ben inmiddels lichtelijk wanhopig. Iedere keer wordt me verzekerd dat er contact zal zijn, en telkens blijkt dat dat niet gebeurt. Na nog 3 dagen bellen, nu door m’n broer, krijgen we eindelijk het verlossende telefoontje: ja hoor, Ma staat officieel op de lijst. Fijn.

Mijn vraag is: Hoe gaat het met mensen die niet bellen? Die niet de weg weten te vinden naar de instanties? Waar komen die terecht?? Waarom is het nog steeds zo dat alleen als je je mond durft opendoen er iets gebeurt? Ik weet wel, overal gebeuren er fouten, daar gaat het niet om. Het is meer de algehele indruk dat er zo passief gereageerd wordt, zo weinig initiatief genomen om snel en adequaat iets op te lossen….Zeker voor mensen als mijn moeder, die zelf niets meer kunnen.

Het gaat overigens redelijk goed met haar, naar omstandigheden. Ze is een stuk rustiger en de dementie is zodanig dat ze ook niet meer zoveel last heeft van dwanghandelingen of gedachtes. Ze is vrij suf (medicijnen?) en spreekt heel moeilijk. Maar is altijd blij ons te zien en herkent ons nog steeds heel goed. Dat verbaast me echt. Ik tref haar slapend aan, ze kijkt me verdwaasd aan en ik stel me in op een moeizaam contact en dan zegt ze ineens: Waar is Kim?? Dan val ik van m’n stoel zowat!

dagje op verpleeghuistocht

Ik word nog ’s een expert! Dinsdag met Thea, mijn zus, in drie verpeegtehuizen geweest, op zoek naar de beste voor Ma. Eentje legaal, met rondleiding, twee illegaal, met eigen rondgang. Vooral de laatste twee waren, voor een gezagsgetrouw iemand als ik, spannend! Temeer omdat je op een gesloten psycho-geriatrische afdeling niet zo maar binnenkomt. En als je mee naar binnen bent geslopen kom je er zonder code ook niet meer van af!! Ik had alsmaar het gevoel dat ze me daar zouden houden als ze zouden ontdekken dat we stiekem binnen waren gekomen…Ik liep braaf achter Thea aan, die wat dapperder is uitgevallen dan ik .

Er is nogal wat verschil in sfeer, inrichting en benadering in verpleeghuisland. Mijn broer is ondertussen ook in minstens 8 geweest en die onderschrijft het. Dat verbaast me eigenlijk. Een van de huizen, Bieslandhof in Delft, zag er geweldig leuk uit, Mooie aankleding, ruim opgezet, sfeervol, goed doordacht met een modewinkel, een kapsalon, een cadeauwinkeltje, een restaurant en een grote ruimte waarin zelfs (muziek)uitvoeringen gegeven kunnen worden.

Dan kom je in een huis in Scheveningen, de Eshoeve, waar de sfeer totaal anders is. Niet per se slechter, maar duidelijk wat rommeliger, minder smaakvol (in mijn ogen). Ik vraag me dus af, zijn verpleegtehuizen nu in feite kleine bedrijfjes, waarvan de een het domweg beter doet omdat de directeur slimmer is, of hoe zit het? Overal is tot nu toe ook de begeleiding van de PG-bewoners anders. In ieder geval wordt het ons anders voorgesteld. Helemaal geprogrammeerd, alles in kaart gebracht. Bij een ander vaag en onduidelijk, weer een ander geeft toe dat de wil er is, maar de beroepskrachten en vrijwilligers ontbreken om een hele dag rond te krijgen.

Zo moet je dus een lijst met voors en tegens gaan opstellen. Ik vind dat raar. Dit zijn allemaal AWBZ-instellingen. Ze moeten allemaal aan bepaalde normen voldoen volgens het ministerie van Volksgezondheid en de inspectie. Hoe kunnen de verschillen dan toch zo groot zijn? Wie het weet mag het me uitleggen.

rondleiding verpleeghuis

Om half vier zaten we rond de tafel in een ontmoetingsruimte in het verpeeghuis NEBO in Den Haag. Er waren familieleden van drie kandidaten. Mijn broer Ed, Kim en ik voor mijn moeder. Een echtpaar voor (schoon)moeder. Een echtpaar met dochter voor (schoon) vader/ opa. Voorlichting door Rita Haasjes, maatsch. werker NEBO.

Uitstekende introductie  Zodanig dat je bijna zelf zin kreeg om er te gaan wonen. Dan gaat er natuurlijk een alarmklok af: Niet alles is zoals het nu lijkt! Maar ik moet zeggen, dat Rita eerlijk antwoord gaf op vragen die er veelvuldig gesteld werden. Alles was mogelijk in overleg, maar de regel was bijvoorbeeld: éénmaal per week douchen. Dat vind ik veel te weinig. Zeker voor mensen die incontinent zijn! Maar vaker kon ook, geen probleem, dat zou dan in het zorgplan worden opgenomen. Ik ben wat sceptischer geworden sinds ik met de realiteit van een verzorgingstehuis te maken heb. De wil is er vaak wel, maar de tijd, de communicatie en soms zelfs toch ook de motivatie ontbreken vaak.

We hebben het hele huis gezien. Modern, licht en zonnig. Met een binnenplein waar een restaurant is en de kapsalon e.d. Gezellig en bedrijvig. Kleuren aangenaam, veel kunst, planten, activiteiten op niveau (klassieke muziek luisteren, lezen, schilderen enzovoorts)

We hebben ook de PG afdeling gezien. Een gesloten afdeling waar de ambiance  gelijk anders was. Weinig activiteit (het was bijna 5 uur, misschien wachtte men op eten), weinig beslotenheid, alleen veel stilte, veel starende of slapende mensen en de onmiskenbare geur van urine…..

Het is mijn gebed dat m’n moeder toch nog wat langer in de Linde mag blijven. Overdag gaat het redelijk, maar blijkbaar ’s nachts is ze erg onrustig. Veel bellen en van haar kamer afkomen en door het huis dwalen. Het verzorgingstehuis is daar niet op ingesteld en vindt haar rijp voor een PG afdeling. We hebben om nog wat uitstel gevraagd. Het is een hele stap en voor mijn moeder het zwaarst. Helemaal opnieuw beginnen en dan bij mensen komen te wonen die verder heen zijn dan zij…

Toen wij op de afdeling kwamen werden we bijvoorbeeld onmiddellijk ‘besprongen’ door een demente dame die, weliswaar vrolijk, maar toch heel nadrukkelijk, onze aandacht opeiste: dansend en tikkertje spelend en dan weer ernstig sprekend, volgde ze onze groep. Zulke mensen is mijn moeder nog helemaal niet gewend. Moeilijk. Het is ook nog zo dat, wanneer er een kamer vrij komt, mijn moeder direct de volgende dag daarheen moet met een koffertje. Ik vind dat onmenselijk. En dat is een puur economische kwestie. De kamer kost geld dus het bed mag niet leeg blijven, anders worden de tehuizen financieel gekort. Zelfs bij overlijden wordt de familie dezelfde dag verzocht de kamer leeg te maken. In het verzorgingshuis mag het een week duren. Er wordt van de familie heel veel gevraagd. Soms bekruipt me het gevoel: ik neem haar zelf in huis. Waarom niet? In plaats van haar te dumpen op zo’n deprimerende, gesloten, stinkende PG afdeling….Waar zijn we eigenlijk mee bezig?

pg-substituut, zeg maar, huiskamer

Mijn moeder draait mee in een PG-substituut heb ik onlangs geleerd. Gelukkig had ik al eerder de afkorting PG gehoord (psycho-geriatrisch) anders was ik toch even gaan piekeren welke kwaal er nu weer de kop op had gestoken bij haar. PG-Substituut is (vergoeding van het ABWZ voor) een huiskamer-project in een regulier verzorgingstehuis. Het is bedoeld voor ouderen die niet alleen kunnen zijn en ondersteuning nodig hebben (flankerend beleid, ook zo’n mooie term). Ze zijn nog niet toe aan een verpleegtehuis. Vandaar dus de term: PG-substituut.

Ik vind het een goeie vinding, of die nu uit bezuinigingsdrift of verzorgingsdrang is ontstaan. (Het laatste zou beter zijn voor de continuiteit). Het is een goeie oplossing voor mensen als mijn moeder die nog te goed zijn voor een heuse afdeling voor demente bejaarden, maar niet meer op zichzelf kunnen functioneren. Een huiskamer ziet er in de Linde, het huis van mijn moeder, redelijk gezellig uit. Er staat een kring van uiterst comfortabele seniorenstoelen waarin lekker gerelaxed kan worden. Er staan wat donker-eikenhouten kasten, geheel in de smaak van de meeste bewoners. Hoewel, ik moet zeggen, mijn moeder heeft een betere smaak. Dit terzijde.

Men drinkt gezamenlijk koffie en thee, rond de eettafel is er tussen de middag (goed!) warm eten samen en de middag wordt afgesloten met een broodmaaltijd. Er is altijd wel een activiteit(je) en het leven gaat er zo z’n rustige gangetje. Iedere morgen is er dagopening (De Linde is een tehuis van het Leger des Heils), woensdag komt de kapper, er is soms een uitje, een film, nou ja – Rust, Reinheid en Regelmaat, dat is het devies en daar varen de mensen wel bij!

Nu was de huiskamer vroeger open tot 20.00 à 21.00 uur, de bewoners werden dan rond die tijd naar hun kamer cq bed gebracht. Wat vroeg, maar goed, voor men een keer lag was het half tien, tien uur, een redelijke bedtijd. Nu wil het geval dat er in de verzorging niet veel extra geld beschikbaar is (hardop voorlezen op licht ironische toon…  ). Men moet efficiënt werken en marktgericht denken, volgens het regeringsbeleid.

Nu is aan licht dementerende lieden natuurlijk geen cent te verdienen, die kosten alleen maar geld. Wat zeg ik, die kosten te veel geld. Zo’n huiskamer is leuk en aardig maar als er ’s avonds maar 2 krachten in huis zijn dan hebben die natuurlijk geen tijd om 10 schlemielen gezelschap te houden en vervolgens naar bed te brengen. Trouwens, het zijn toch ziekelijke mensen, dus de goedkoopste oplossing is: We doen de huiskamer dicht, en dan brengen we de mensen gewoon om 18.30 naar bed. Ze hebben verder toch niets te doen dan een beetje voor zich uit te staren, dus dat doen ze dan maar gewoon in hun eigen bed.

Zo gezegd, zo gedaan. De huiskamer is ’s avonds niet meer open. Een ramp voor mijn moeder. Nooit een beste slaper geweest, wordt ze, wanneer ze om 19.00 uur op bed wordt gelegd meestal midden in de nacht wakker. Met het idee: de dag begint weer. Ze gaat zich aankleden, of gaat verzorgers zoeken, die haar vervolgens weer naar bed brengen. Maar de nacht is lang. Nu heet het dat mijn moeder ‘erg onrustig’ is. Ik begrijp het vanuit het oogpunt van het personeel dat je ’s nachts wanneer je samen verantwoordelijk bent voor een heel huis, geen tijd hebt, steeds op en neer te moeten naar een bewoner. Maar vanuit het oogpunt van mijn moeder denk ik: is dat nu zo vreemd dat ze zo’n lange avond en nacht niet volhoudt als ze overdag ondersteuning krijgt vanwege juist dat zelfde probleem? Ze is een volle 12 uur alleen, en dan ook nog de moeilijkste periode van het etmaal, als het buiten donker wordt en is. Juist dan wordt ze geacht zichzelf te vermaken…En ’s nacht komen de herinneringen en het verdriet van een lang leven van 87 jaar op z’n hevigst naar boven.

Ze krijgt nu medicijnen extra om haar rustiger te maken. Dat is fijn voor haar en fijn voor het personeel maar ergens steekt het me. Wat ze nodig heeft is aandacht, gezelschap. Een kamer waar het licht brandt, waar het veilig is en waar ze even een bakje thee kan halen.

Ik las over een onderzoek waarin het gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen in kaart werd gebracht in zorginstellingen. Ook het geven van medicijnen om mensen ‘ rustig’ te houden wordt daaronder gerekend. Een maatregel die voor het hardwerkende personeel alleszins te begrijpen is, maar nadenkend over de situatie van de instellingen en het krappe budget dat besteed wordt om daar een veilige plek te scheppen voor mensen aan het einde van hun leven, dan vind ik het zeer schrijnend dat we daar steeds weer moeten bezuinigen. Ik roep de politiek en andere verantwoordelijken op om pas dan mee te gaan beslissen wanneer hun eigen ouders in een verzorgingshuis wonen. Pas dan weet je waarover je het hebt!

verpleeghuizen en thee aan het strand

Vanmorgen gelijk maar doorgezet. Het stond al dagen op m’n lijstje: contact zoeken met mogelijke verpleeghuizen waar mijn moeder geplaatst kan worden mocht het niet langer gaan in Dordt. Ik heb me voorgenomen om haar dan naar Scheveningen te laten komen. Lekker dichtbij. Niet steeds die drukke weg door de files. Inmiddels is de route via Rotterdam/Kleinpolderplein uitgeroepen tot de drukste route van Nederland! En ik daar maar langs crossen. Maar goed, het is dubbel. Als het echt een stuk slechter gaat met m’n moeder kan ze dichterbij komen wonen, maar liever heb ik dat ze blijft waar ze is natuurlijk!

Ik heb 2 verpleegtehuizen bekeken. Allebei in Scheveningen. Het viel me niet tegen. Bosch en Duin is erg groot en doet, ondanks alle pogingen tot het tegendeel, toch institutioneel aan. Modern ingericht en met een mooie tuin en dergelijke, maar ja, wel vier- of tweepersoonskamers. Het is niet anders. Het andere tehuis was intiemer en lag op een schitterende locatie  tussen de 19e eeuwse villa’s waar tegenwoordig veel ambassades zijn gehuisvest! Het laatste huis zou zeker mijn voorkeur hebben, maar bewoners van het aangrenzende bejaardenhuis hebben voorrang…

Ik hoop dat moeders nog een poos in Dordt kan blijven. Vooral het voluit christelijk karakter van de Linde is heel fijn. Ze staat in elk geval op de wachtlijst nu.

Na deze toch wel moeizame rondgang zijn Kim en ik heerlijk naar het strand gefietst en hebben een poos in de zon gezeten in een strandtent met de toepasselijke naam: Plekzat.

Kopje thee, boek mee en zonnen! Wat een genot. Aan ’t strand wonen heeft op zonnige dagen iets heel feestelijks. Iedereen is vrolijk en komt om te genieten! Nog steeds voel ik me bevoorrecht dat wij op loopafstand van de zee wonen en geen lange trein/tram of autoritten er voor over moeten hebben om even de zee te zien! We hebben in ons leven heel wat afgereisd om naar het strand te gaan en nu: om de hoek. Als ik daar dan zo zit kan ik het niet laten aan mijn moeder te denken die ook zo genieten kon van ergens koffie drinken, zeker op een terrasje in de zon. We hebben liters koffie en ontelbare appeltaartjes verorberd in de loop der jaren. Goeie herinneringen!

mijn moeder

Mijn moeder is 87 en woont in een verzorgingstehuis.  Het is een goed huis, waar men naar vermogen en met liefde voor de mensen zorgt.  Maar wat is er een gebrek aan tijd en geld!  Wat zou er toch veel meer gedaan kunnen worden als er net zoveel geld in verzorging werd gestoken als in de Betuwelijn of weet ik wat voor prestige-objecten er nog meer zijn.  Ik vond de suggestie van Rouvoet van de ChristenUnie om de ministerspost ‘bestuurlijke vernieuwing’ maar op te heffen zodat er miljoenen vrijkomen voor bijvoorbeeld verzorging, een hele goede!! Dat gedram van D66…Wat kost zo’n campagnetour van minister de Graaff wel niet, alleen maar om D66 gedachtegoed uit te dragen, op kosten van de staat.  Het zint me niks.

We proberen met 2 broers en een zus mijn moeder zoveel mogelijk bij te staan.  Ze heeft Alzheimer en bij haar uit het zich in veel wantrouwen en soms boosheid t.o.v het personeel en medebewoners. Vooral als ze meent dat men haar negeert of kleineert.  Ze is altijd erg gevoelig geweest en kan nu niet meer relativeren. Ook ziet ze niet in dat anderen ook aan het dementeren zijn, net zo min als ze dat van zichzelf weet.  Dat leidt soms tot komische, maar meestal toch ook pijnlijke situaties.  Ze bloeit op bij aandacht.  Dat proberen we zoveel mogelijk te geven.  Oude foto’s kijken, muziek luisteren, gedichten lezen, ze vindt het allemaal even ontroerend. Iemand vroeg of we ook psalmen lezen met haar.  Jazeker doen we dat.  En inderdaad vaak in de oude berijming, die zingen we dan. En dan is het geheugen een wonderlijk ding.  Zowel uit het hare als het mijne ontspruiten teksten die we in geen tientallen jaren meer gezongen hebben, maar in ons geheugen toch op een plankje klaar liggen!

Goeie ouwe lagere Rehobothschool in Vlaardingen waar ik de psalmen leerde!

goede vrijdag

In mijn geheugen is Goede Vrijdag nog nooit zo vroeg geweest. Ik ben 30 jaar getrouwd maar dit is de eerste keer dat we echtgenoot’s verjaardag op Goede Vrijdag vieren. Hij is 59 geworden. Gezond gelukkig (nou ja, op chronische hoge bloeddruk na) en jong van hart.

Vanavond zijn we naar de kerk geweest om de dood van Christus te gedenken. Altijd moeilijk om daar de juiste ‘stemming’ voor te vinden. Het is verleden tijd, Hij is niet meer dood maar leeft, en toch is het een ernstige gebeurtenis uit het verleden die je gedenkt. We hebben dit jaar voor het eerst het avondmaal gevierd. Dat vond ik heel passend en mooi, omdat je daarbij dan ook leest over het waarom van Zijn dood en dat Zijn dood ons het leven geeft, omdat Hij de dood overwon. Zo’n simpel stukje witbrood en een slokje zoete wijn. Dat dat zo’n wereld van betekenis in zich kan dragen. Ik worstel dan altijd met m’n gebrek aan inleving. Soms zou ik meer willen voelen, meer de emotie ondergaan. Maar dat zit er gewoon niet in op commando.

Echtgenoot (die predikant is) benadrukte in zijn preek dat de Here Jezus Koning is en bleef, ook aan het kruis. Hij zei: Vader in uw handen beveel ik mijn geest, en Hij gaf de geest. In ons taalgebruik zijn dat eigenlijk passieve uitdrukkingen geworden, iets dat je overkomt. Maar in de mond van Jezus zijn het actieve woorden. Hij koos om zwak te zijn, gebroken en gedood te worden. Net zoals Hij uit eigen kracht uit het graf opstond. Daarom kan ik het aandurven zwak te zijn. Zodat ik door zijn kracht gedragen word.

Het gaat minder met mijn moeder. Ze is 87 en woont in een verzorgingstehuis. Ze heeft Alzheimer en dat is een ziekte die toch wel erg haar persoonlijkheid begint aan te tasten. Ze heeft veel wanen en is erg wantrouwig. Ik vind het moeilijk om haar zo te zien, hoewel ze bij mij meestal rustig is. Ik probeer haar wat af te leiden en van mij krijgt ze de aandacht die ze vurig begeert…Daar hebben het personeel en de medebewoners niet altijd tijd voor of zin in. Muziek maakt haar rustig en gedichten of stukjes uit de Bijbel. Dan raakt ze erg ontroerd. Ik vind haar aandoenlijk dan en zou haar het liefst thuis willen verzorgen….

Zo ben ik het ene moment kind (van een moeder) en het volgende oma van een kleinkind…Of moeder van mijn kinderen. Vier  generaties! En de grote en kleine verdrietigheden en vreugdes die daarbij horen zoals kleinzoon Niek’s groei…Hij is 1 kilo aangekomen in een maand en 5 cm gegroeid! Geen wonder dat hij maar bleef drinken, om de 2 uur.  Dat soort zaken houdt me in evenwicht.